Oorlogsgetuige

Bertus van de Grootevheen

Leeftijd aan het begin van de oorlog: 6

Woonplaats: Hoogland

Bertus van de Grootevheen is als oudste zoon geboren in 1934 in ’t Hallo, de boerderij waar hij nu nog woont. In 1939 was Bertus vijf jaar toen de mobilisatie van het Nederlandse leger werd afgeroepen. Als hij naar de bewaarschool in het dorp Hoogland ging, dan zag hij honderden Nederlandse soldaten, die in deze omgeving stellingen bouwden. Te werk gestelde steuntrekkers waren daarbij ingeschakeld.
Er werd een tankgracht zig zag door Hoogland gegraven. Er was een ‘stelling’ bij de buren en enkelen aan de overkant bij boerderij ‘De Bomen’.
Toen Bertus eens ging kijken hoe de soldaten aan het werk waren bij de provinciale weg, kreeg hij de helm van een van de soldaten op, dat was mooi. Deze soldaten waren ondergebracht bij verschillende boeren.
In een uitgebreid interview vertelt Bertus over de joodse onderduiker Chris, over twee bemanningsleden van een neergeschoten Amerikaans vliegtuig die zijn ouders tijdelijk onderdak verschaften, over de opvang van uit Arnhem gevluchte Nederlanders aan het einde van de oorlog, over een ingekwartierde Duitse verbindingseenheid in de periode dat hun huis in het niemandsland lag tussen de canadeese bevrijders en de duitse troepen. ‘
Bertus heeft alle verhalen vastgelegd in een leuk boekje ‘WIJ NOEMDEN HEM CHRIS’ en werkt mee aan een grebbelinie-excursie in hoogland-west, onder andere aan schoolkinderen, die dan zeer geïnteresseerd naar zijn oorlogsverhalen luisteren. een levende Geschiedenisles in de eigen achtertuin!.

Noot van de redactie, 2019.
Op 4 mei 2019 woont de heer Grootevheen de dodenherdenking bij in Hoogland. ‘Lokaal’ interviewde hem. https://destadamersfoort.nl/lokaal/4-mei-dienst-de-inham-586008

Het boekje ‘Wij noemden hem Chris’, dat Van de Grootevheen schreef over de Joodse man die bij hen in huis was, wordt gebruikt bij een inburgeringscursus. ,,Het is blijkbaar goed leesbaar en te begrijpen door mensen die veelal vanuit een oorlogsgebied naar ons land zijn gevlucht.” Met veel respect denkt hij aan zijn ouders en aan allen die onderdak gaven aan mensen die door de bezetter gezocht werden. Hij stelt zich vaak de vraag: ,,Stel dat we weer in zo’n situatie terechtkomen. Zou ik dat ook doen?”

Geplaatst door: Han Gerlings