Oorlogsgetuige

H.A.van den akker

Leeftijd aan het begin van de oorlog: 36

Woonplaats: Delft

Zelf geboren op 31 augustus 1933, verjaardag Kon.Wilhelmina, dus voor “”mij”” werd gevlagd, zoals steeds werd verteld
De crisisjaren zelf niet meegemaakt, te jong en op 7 jarige leeftijd begon de oorlog. Ned. soldaten waren gemobiliseerd en o.a. gelegen in de school bij ons in de straat.
Van de Duitse invasie had ik uiteraard geen benul, wel wat verteld over de aankomende slechte tijd.
Later werd de munitiefabriek “”De kogelgieterij”” gebombardeerd, waarna de kogels door de straat vlogen, ca. 250 mtr. afstand van object Langzaam maar zeker ging het doordringen dat we in een gevaarlijke situatie waren beland.
De “”moffen”” kwamen in de buurt en werden gelegerd in barakken bij de kogelgieterij. Wanneer zij gingen zwemmen werden zij in onze straat in het gelid gebrachten zingend afgemarcheerd naar het sportfondsen-bad. Toen er steeds minder te eten was vroegen wij aan de Duitsers om kuch. Weer wat later gingen we naar de winkels om een boterham of een aardappel te vragen. Uiteindelijk werden we ingedeeld via de stamkaarten ometen te halen bij de gaarkeuken. Al of geen bonnen eten was er vrijwel niet meer dus kregen we suikerbieten (pulp) en bloembollensoep voorgeschoteld. Uiteraard raakten mijn jongere zus en ik
evenals mijn ouders steeds meer uitgemergeld.
razzia, welke via een hoge militaire buurman doorsijpelde, bracht mijn vader en moeder in de problemen, mede gezien zijn leeftijd.Hij zocht “”dekking”” in wat schuurtjes aan de overzijde van onze straat, aangezien deze doorgingen als kolenhokken en fietsenstallingen. hij bleek “”ondergedoken”” achter fietsen en aardappelekisten, afgedekt met kleden e.d. De moffen kontroleerden op afstand en vuurden enkele schoten af, zonder voor ellende op dat moment te . . zorgen. Wij als kinderen mochten dit niet weten uiteraard, want er moest maar eens iets worden gevraagd.
Moeder geraakte eind 1944 in verwachting van een nakomeling, maar er waren geen kleertjes o.i.d. meer. Met een ausweisz moest vader op pad naar zijn zuster (non) die in het ziekenhuis in bussum werkte en waar nog wel iets te halen viel.Met horten en stoten heeft hij de tocht v.v. afgelegd. Baby werd in mei 1945 geboren doch in december 1945 overleden aan meningitus, hetgeen binnen het gezin een grote impact had.
Na de oorlog werd mijn zuster naar Venray gebracht om aan te sterken. Later volgde ook ik.
Bij het zien van soldaat van oranje kwamen vele herinneringen naar boven en moestmenig traantje worden weggepinkt (zelfs nu weer) op de avond van de dodenherdenking.
Blij dat ik dit verhaal in vrijheid aan het papier heb mogen en kunnen toever-trouwen.

Geplaatst door: C.J.H.van den akker